Beperkingen van Kaspersky Private Security Network
Kaspersky Private Security Network (KPSN) is een oplossing waarmee gebruikers van computers waarop Kaspersky Endpoint Security of andere Kaspersky-programma's worden gehost toegang krijgen tot reputatiedatabases van Kaspersky en tot andere statistische gegevens zonder gegevens naar Kaspersky te versturen vanaf hun eigen computers. Met Kaspersky Private Security Network kunt u uw eigen lokale reputatiedatabase gebruiken om de reputatie van objecten (bestanden of webadressen) te controleren. De reputatie van een object dat is toegevoegd aan de lokale reputatiedatabase, heeft een hogere prioriteit dan een object dat is toegevoegd aan KSN/KPSN. Stel bijvoorbeeld dat Kaspersky Endpoint Security een computer scant en de reputatie van een bestand in KSN/KPSN opvraagt. Als het bestand de reputatie Niet vertrouwd heeft in de lokale reputatiedatabase, maar de reputatie Vertrouwd in KSN/KPSN, detecteert Kaspersky Endpoint Security het bestand als Niet vertrouwd en voert de actie uit die is gedefinieerd voor gedetecteerde dreigingen.
In sommige gevallen vraagt Kaspersky Endpoint Security echter niet de reputatie van een object op in KSN/KPSN. Als dit het geval is, ontvangt Kaspersky Endpoint Security geen gegevens uit de lokale reputatiedatabase van KPSN. Kaspersky Endpoint Security vraagt om de volgende redenen mogelijk niet de reputatie op van een object in KSN/KPSN:
Kaspersky-programma's gebruiken offline reputatiedatabases. Offline reputatiedatabases zijn ontworpen om bronnen te optimaliseren tijdens het gebruik van Kaspersky-programma's en om cruciale objecten op de computer te beschermen. Offline reputatiedatabases worden gemaakt door Kaspersky-experts op basis van gegevens van Kaspersky Security Network. Kaspersky-programma's werken offline reputatiedatabases bij met antivirusdatabases van het specifieke programma. Als offline reputatiedatabases informatie bevatten over een object dat wordt gescand, vraagt het programma niet de reputatie van dit object op in KSN/KPSN.
Scanuitzonderingen (vertrouwde zone) worden geconfigureerd in de programma-instellingen. Als dit het geval is, houdt het programma geen rekening met de reputatie van het object in de lokale reputatiedatabase.
Het programma gebruikt technologieën voor scanoptimalisatie, zoals iSwift of iChecker, of plaatst reputatieaanvragen voor KSN / KPSN in de cache. Als dit het geval is, vraagt het programma mogelijk niet de reputatie op van eerder gescande objecten.
Het programma scant bestanden van een bepaalde indeling en grootte voor een optimale werklast. De lijst met relevante indelingen en groottelimieten wordt bepaald door Kaspersky-experts. Deze lijst wordt bijgewerkt met de antivirusdatabases van het programma. U kunt ook instellingen voor scanoptimalisatie configureren in de programma-interface, bijvoorbeeld voor het onderdeel File Threat Protection.