Geavanceerde desinfectietechnologie inschakelen of uitschakelen
Als Kaspersky Endpoint Security de malware niet kan tegenhouden, dan kunt u de geavanceerde desinfectietechnologie gebruiken. Geavanceerde desinfectie is standaard uitgeschakeld omdat deze technologie een aanzienlijke hoeveelheid verwerkingsvermogen van de computer gebruikt. Daarom kunt u geavanceerde desinfectie alleen inschakelen wanneer u met actieve dreigingen werkt.
De geavanceerde desinfectie werkt verschillend voor werkstations en servers. Om de technologie op servers te gebruiken, moet u onmiddellijke geavanceerde desinfectie inschakelen in de eigenschappen van de Malware-scan. Deze voorwaarde is niet nodig om de technologie op werkstations te gebruiken.
Open de Beheerconsole van Kaspersky Security Center.
Selecteer in de beheerconsole Policies.
Selecteer het noodzakelijke beleid en dubbelklik om de beleidseigenschappen te openen.
Selecteer Algemene instellingen → Programma-instellingen in het beleidsvenster.
Selecteer of deselecteer in het blok Algemeen het selectievakje Geavanceerde desinfectietechnologie inschakelen in om de Geavanceerde desinfectietechnologie in of uit te schakelen.
Selecteer in het hoofdvenster van de webconsole achtereenvolgens Devices → Policies & profiles.
Klik op de naam van het Kaspersky Endpoint Security-beleid.
U ziet nu het venster met de beleidseigenschappen.
Selecteer het tabblad Application settings.
Selecteer General settings → Application Settings.
Instellingen Kaspersky Endpoint Security voor Windows
Selecteer of deselecteer in het blok General het selectievakje Enable Advanced Disinfection technology in om de Geavanceerde desinfectietechnologie in of uit te schakelen.
Selecteer Algemene instellingen → Programma-instellingen in het venster met de programma-instellingen.
Instellingen Kaspersky Endpoint Security voor Windows
Selecteer of deselecteer in het blok Algemeen het selectievakje Gebruik Geavanceerde desinfectietechnologie (vereist heel wat computerbronnen) in om de Geavanceerde desinfectietechnologie in of uit te schakelen.
Sla uw wijzigingen op.
Als gevolg hiervan kan de gebruiker de meeste functies van het besturingssysteem niet gebruiken terwijl Actieve desinfectie wordt uitgevoerd. Wanneer de desinfectie voltooid is, wordt de computer opnieuw opgestart.