De weergave van de programma-interface configureren
U kunt de weergavemodus van de programma-interface voor een gebruiker configureren. De gebruiker kan op de volgende manieren met het programma communiceren:
Gebruikersinterface weergeven. Op een clientcomputer zijn het hoofdvenster van Kaspersky Endpoint Security en het pictogram in het Windows-systeemvak beschikbaar. Via het contextmenu van het pictogram kan de gebruiker bewerkingen met Kaspersky Endpoint Security uitvoeren. Kaspersky Endpoint Security toont ook meldingen boven het pictogram van het programma.
Niet weergeven. Op een clientcomputer wordt de werking van Kaspersky Endpoint Security niet aangegeven. Het pictogram in het Windows-systeemvak en de meldingen zijn niet beschikbaar.
Als dit selectievakje is ingeschakeld, kan de geselecteerde gebruiker programma-instellingen in de programma-interface zien en, afhankelijk van diens rechten, wijzigen.
Schakel het selectievakje Gebruikersinterface weergeven uit als u alle tekenen van Kaspersky Endpoint Security op de clientcomputer wilt verbergen.
Schakel in het blok Interactie met gebruiker het selectievakje Vereenvoudigde interface weergeven in als u de vereenvoudigde programma-interface wilt weergeven op een clientcomputer waarop Kaspersky Endpoint Security is geïnstalleerd.
With full interface. Op een clientcomputer zijn het hoofdvenster van Kaspersky Endpoint Security en het pictogram in het Windows-systeemvak beschikbaar. Via het contextmenu van het pictogram kan de gebruiker bewerkingen met Kaspersky Endpoint Security uitvoeren. Kaspersky Endpoint Security toont ook meldingen boven het pictogram van het programma.
No interface. Op een clientcomputer wordt de werking van Kaspersky Endpoint Security niet aangegeven. Het pictogram in het Windows-systeemvak en de meldingen zijn niet beschikbaar.