Anti-Virus voor Bestanden
Anti-Virus voor Bestanden voorkomt de infectie van het bestandssysteem van de computer. Het onderdeel start bij de opstart van het besturingssysteem, blijft in het computergeheugen en scant alle bestanden die worden geopend, bewaard of uitgevoerd op de computer en alle aangesloten schijven op virussen en andere malware. Als je Anti-Virus voor Bestanden uitschakelt, wordt het onderdeel niet gestart bij de opstart van het besturingssysteem. Je moet Anti-Virus voor Bestanden dan handmatig opnieuw inschakelen.
Anti-Virus voor Bestanden inschakelen en uitschakelen
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Schakel in het gedeelte Bescherming op het tabblad Anti-Virus voor Bestanden het aankruisvak Schakel Anti-Virus voor Bestanden in in of uit.
Je kunt Anti-Virus voor Bestanden ook inschakelen in Beschermingsstatus. Door de uitschakeling van de computerbescherming of de beschermingsonderdelen loopt de computerbescherming veel meer risico op infecties. Daarom informeert Beschermingsstatus je wanneer de bescherming is uitgeschakeld.
Je kunt een beschermd bereik voor Anti-Virus voor Bestanden maken.
Een bestand of een map toevoegen aan of verwijderen uit het beschermd bereik
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Ga op het tabblad Bescherming naar het gedeelte Anti-Virus voor Bestanden en klik op Instellingen.
Je ziet nu een venster met een lijst met objecten die Anti-Virus voor Bestanden scant. Anti-Virus voor Bestanden scant standaard alle objecten op interne, externe en netwerkschijven van de computer.
Opmerking: U kunt het scannen van het read-only systeemvolume overslaan om de scantijd aanzienlijk te verkorten. Standaard scant Anti-Virus voor Bestanden het alleen-lezensysteemvolume niet.
- Voeg in het gedeelte Beschermd bereik de objecten aan het beschermd bereik toe of verwijder ze:
- Zo voeg je een bestand of een map toe aan het beschermd bereik:
- Klik op .
Je ziet nu een venstermenu waarin je objecten kunt selecteren die je aan het beschermd bereik kunt toevoegen.
- Kies in het venstermenu de optie Bestanden en mappen.
Een dialoogvenster waarin je een bestand of een map kunt selecteren, wordt geopend.
- Selecteer bestanden of mappen die je aan het beschermd bereik wilt toevoegen.
- Klik op Open.
- Zo verwijder je een bestand of een map uit het beschermd bereik:
- Selecteer een item in de lijst met objecten van het beschermd bereik.
- Sleep het geselecteerde object vanuit het venster of klik op .
- Als je het alleen-lezensysteemvolume wilt scannen, schakel je in het gedeelte Optimalisatie het aankruisvak Sla het scannen van alleen-lezensysteemvolumes over uit.
Belangrijk: Optimalisatie kan om veiligheidsredenen uitgeschakeld zijn.
- Klik op Bewaar.
Een object in de lijst met standaardobjecten toevoegen aan of verwijderen uit het beschermd bereik
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Ga op het tabblad Bescherming naar het gedeelte Anti-Virus voor Bestanden en klik op Instellingen.
Je ziet nu een venster met een lijst met objecten die Anti-Virus voor Bestanden scant. Anti-Virus voor Bestanden scant standaard alle objecten op interne, externe en netwerkschijven van de computer.
Opmerking: U kunt het scannen van het read-only systeemvolume overslaan om de scantijd aanzienlijk te verkorten. Standaard scant Anti-Virus voor Bestanden het alleen-lezensysteemvolume niet.
- Voeg in het gedeelte Beschermd bereik de objecten op de lijst met standaardobjecten toe aan het beschermd bereik of verwijder ze:
- Een object in de lijst met standaardobjecten toevoegen aan het beschermd bereik:
- Klik op .
Je ziet nu een venstermenu waarin je objecten kunt selecteren die je aan het beschermd bereik kunt toevoegen.
- Selecteer in het venstermenu een object dat je aan het beschermd bereik wilt toevoegen (bijvoorbeeld Alle interne schijven).
- Een object in de lijst met standaardobjecten verwijderen uit het beschermd bereik:
- Selecteer een item in de lijst met objecten van het beschermd bereik.
- Sleep het geselecteerde object vanuit het venster of klik op .
- Als je het alleen-lezensysteemvolume wilt scannen, schakel je in het gedeelte Optimalisatie het aankruisvak Sla het scannen van alleen-lezensysteemvolumes over uit.
Belangrijk: Optimalisatie kan om veiligheidsredenen uitgeschakeld zijn.
- Klik op Bewaar.
De bescherming van een item in het beschermd bereik uitschakelen
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Ga op het tabblad Bescherming naar het gedeelte Anti-Virus voor Bestanden en klik op Instellingen.
Je ziet nu een venster met een lijst met objecten die Anti-Virus voor Bestanden scant. Anti-Virus voor Bestanden scant standaard alle objecten op interne, externe en netwerkschijven van de computer.
Opmerking: U kunt het scannen van het read-only systeemvolume overslaan om de scantijd aanzienlijk te verkorten. Standaard scant Anti-Virus voor Bestanden het alleen-lezensysteemvolume niet.
- Schakel het aankruisvak naast een item in de lijst met items van het beschermd bereik uit.
- Klik op Bewaar.
Scannen van alleen-lezensysteemvolume inschakelen
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Ga op het tabblad Bescherming naar het gedeelte Anti-Virus voor Bestanden en klik op Instellingen.
Je ziet nu een venster met een lijst met objecten die Anti-Virus voor Bestanden scant. Anti-Virus voor Bestanden scant standaard alle objecten op interne, externe en netwerkschijven van de computer.
Opmerking: U kunt het scannen van het read-only systeemvolume overslaan om de scantijd aanzienlijk te verkorten. Standaard scant Anti-Virus voor Bestanden het alleen-lezensysteemvolume niet.
- Ga naar het gedeelte Optimalisatie en schakel het aankruisvak Sla het scannen van alleen-lezensysteemvolumes over uit.
Belangrijk: Optimalisatie kan om veiligheidsredenen uitgeschakeld zijn.
- Klik op Bewaar.
Wanneer je of een programma probeert toegang te verkrijgen tot een bestand in het beschermd bereik, zoekt Anti-Virus voor Bestanden in de iSwift-databases naar informatie over dit bestand en gebruikt het deze informatie om te beslissen of het bestand moet worden gescand.
De herkenning van kwaadaardige objecten is mogelijk dankzij de analyse op basis van definities, een methode voor het zoeken van dreigingen op basis van beschrijvingen in de antivirusdatabases. Naast de analyse op basis van definities gebruikt Anti-Virus voor Bestanden een heuristische analyse en andere scantechnologieën.
Na de detectie van een object toont het programma een melding over het gedetecteerde object en voert het een actie op het object uit die op de instellingen van Anti-Virus voor Bestanden is gebaseerd.
Actie selecteren die Anti-Virus voor Bestanden uitvoert na de detectie van een geïnfecteerd object
- Klik in de menubalk op het toepassingssymbool en kies Instellingen.
Het venster met programma instellingen wordt geopend.
- Ga op het tabblad Bescherming naar het onderdeel Anti-Virus voor Bestanden en selecteer de actie die Anti-Virus voor Bestanden moet uitvoeren na de detectie van een geïnfecteerd bestand.
Voordat je een geïnfecteerd bestand probeert te desinfecteren of te verwijderen, bewaart het Kaspersky-programma een reservekopie voor herstel of desinfectie later. Een kopie van het bestand verschijnt in Quarantaine. Je kunt later proberen dit bestand te desinfecteren met behulp van bijgewerkte antivirusdatabases.
Informatie over de werking van Anti-Virus voor Bestanden en alle gedetecteerde objecten wordt in een rapport geregistreerd.
Opmerking: als Anti-Virus voor Bestanden stopt met werken vanwege een fout, kun je het rapport bekijken en proberen het onderdeel opnieuw te starten. Als het probleem aanhoudt, kun je contact opnemen met de Klantenondersteuning van Kaspersky.
Het rapport over Anti-Virus voor Bestanden bekijken
- Kies in de menubalk Bescherming > Rapporten.
Het venster Rapporten wordt geopend.
- Open het tabblad Anti-Virus voor Bestanden.
Naar boven