Een opdracht voor het bewerken van account in Verificatie-agent toevoegen

Zo voegt u een opdracht voor het bewerken van een account in Verificatie-agent toe:

1. Open in het gedeelte Instellingen van het venster Eigenschappen: <naam van taak voor beheer van account in Verificatie-agent> het contextmenu van de knop Toevoegen en selecteer de optie Opdracht voor bewerken van account.

   Het venster Gebruikersaccount bewerken wordt geopend.

2. Geef in het veld Windows-account in het venster Gebruikersaccount bewerken de naam van het Microsoft Windows-gebruikersaccount op dat is gebruikt om het account in Verificatie-agent aan te maken dat u nu wilt bewerken. Voer hiervoor de accountnaam handmatig in of klik op de knop Selecteren.
3. Als u de naam van een Microsoft Windows-gebruikersaccount handmatig hebt ingevoerd, klikt u op de knop Toestaan om het beveiligings-ID (SID) van het gebruikersaccount te bepalen.

   Als u ervoor kiest om het beveiligings-ID (SID) niet te laten bepalen door op de knop Toestaan te klikken, wordt het ID bepaald wanneer de taak op de computer wordt uitgevoerd.

   De bepaling van het SID van het Microsoft Windows-account tijdens het toevoegen van een opdracht voor het bewerken van een account in Verificatie-agent is een handige manier om ervoor te zorgen dat de handmatig ingevoerde naam van het Microsoft Windows-gebruikersaccount correct is. Als het ingevoerde Microsoft Windows-gebruikersaccount niet bestaat of aan een niet-vertrouwd domein toebehoort, eindigt de groepstaak voor het beheren van accounts in Verificatie-agent met een fout.

4. Schakel het selectievakje Gebruikersnaam wijzigen in en voer een nieuwe naam voor het account in Verificatie-agent in als u wilt dat Kaspersky Endpoint Security de gebruikersnaam wijzigt in de naam die in het veld eronder is getypt voor alle accounts in Verificatie-agent die zijn gemaakt op basis van het Microsoft Windows-account met de opgegeven naam in het veld Windows-account.
5. Schakel het selectievakje Instellingen voor verificatie met wachtwoord wijzigen in om de instellingen voor de verificatie met een wachtwoord te kunnen bewerken.
6. Schakel het selectievakje Verificatie met wachtwoord toestaan in als u wilt dat het programma de gebruiker vraagt om het wachtwoord voor het account van Verificatie-agent in te voeren tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven.
7. Als u tijdens de vorige stap het selectievakje Verificatie met wachtwoord toestaan hebt ingeschakeld:
   1. Voer in het veld Wachtwoord het nieuwe wachtwoord van het account voor Verificatie-agent in.
   2. Bevestig in het veld Bevestig wachtwoord het wachtwoord dat tijdens de vorige stap is ingevoerd.
8. Schakel het selectievakje Regel voor wijziging van wachtwoord bij verificatie in Verificatie-agent bewerken in als u wilt dat Kaspersky Endpoint Security de waarde van de instelling voor het wijzigen van de wachtwoorden wijzigt in de eronder opgegeven waarde voor alle accounts in Verificatie-agent die zijn gemaakt op basis van het Microsoft Windows-account met de opgegeven naam in het veld Windows-account.
9. Geef de waarde voor de wijziging van wachtwoorden bij de verificatie in Verificatie-agent op.
10. Schakel het selectievakje Instellingen voor verificatie met certificaat wijzigen in om de instellingen voor de verificatie met het elektronische token- of smartcardcertificaat te kunnen bewerken.
11. Schakel het selectievakje Verificatie met certificaat toestaan in als u wilt dat het programma de gebruiker vraagt om het wachtwoord in te voeren voor een aangesloten token of smartcard tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven.
12. Als u tijdens de vorige stap het selectievakje Verificatie met certificaat toestaan hebt ingeschakeld, klikt u op de knop Bladeren en selecteert u het bestand van het elektronische token- of smartcardcertificaat in het venster Certificaatbestand selecteren.
13. Schakel het selectievakje Beschrijving van opdracht bewerken in en bewerk de beschrijving van de opdracht als u wilt dat Kaspersky Endpoint Security de opdrachtbeschrijving wijzigt voor alle accounts in Verificatie-agent die zijn gemaakt op basis van het Microsoft Windows-account met de opgegeven naam in het veld Windows-account.
14. Schakel het selectievakje Regel voor toegang tot verificatie in Verificatie-agent bewerken in als u wilt dat Kaspersky Endpoint Security de regel voor de toegang van gebruikers tot het verificatievenster in Verificatie-agent wijzigt in de eronder opgegeven waarde voor alle accounts in Verificatie-agent die zijn gemaakt op basis van het Microsoft Windows-account met de opgegeven naam in het veld Windows-account.
15. Geef de regel voor de toegang tot het verificatievenster in Verificatie-agent op.
16. Klik in het venster Gebruikersaccount bewerken op OK.