Over taken voor Kaspersky Endpoint Security

Kaspersky Security Center beheert de activiteit van Kaspersky-programma’s op clientcomputers door middel van taken. Via taken worden de primaire beheerfuncties uitgevoerd, zoals het installeren van codes, het scannen van de computer en het bijwerken van de databases en softwaremodules van het programma.

U kunt de volgende soorten taken aanmaken om Kaspersky Endpoint Security te beheren via Kaspersky Security Center:

• Lokale taken die voor een individuele clientcomputer zijn geconfigureerd.
• Groepstaken die voor clientcomputers in beheergroepen zijn geconfigureerd.
• Taken voor een reeks computers die niet tot beheergroepen behoren.

  Taken voor een reeks computers buiten beheergroepen zijn alleen van toepassing op de clientcomputers die in de taakinstellingen zijn opgegeven. Als nieuwe clientcomputers zijn toegevoegd aan een reeks computers waarvoor een taak is geconfigureerd, wordt deze taak niet toegepast op deze nieuwe computers. Om de taak op deze computers toe te passen, maakt u een nieuwe taak aan of bewerkt u de instellingen van de bestaande taak.

Voor het externe beheer van Kaspersky Endpoint Security kunt u de volgende soorten taken gebruiken:

• Code toevoegen. Kaspersky Endpoint Security voegt een code voor de activatie van het programma toe, waaronder een extra code.
• Programma-onderdelen wijzigen. Kaspersky Endpoint Security installeert of verwijdert onderdelen op clientcomputers volgens de lijst met onderdelen die in de taakinstellingen is opgegeven.
• Inventaris. Kaspersky Endpoint Security verzamelt informatie over alle uitvoerbare bestanden van programma’s die op computers zijn opgeslagen.

  U kunt de inventarisatie van DLL-modules en scriptbestanden inschakelen. In dit geval ontvangt Kaspersky Security Center informatie over DLL-modules die zijn geladen op een computer waarop Kaspersky Endpoint Security is geïnstalleerd en over bestanden met scripts.

  Door het inschakelen van de inventarisatie van DLL-modules en scriptbestanden duurt de inventarisatietaak aanzienlijk langer en wordt de database veel groter.

• Update. Kaspersky Endpoint Security werkt de databases en programmamodules bij volgens de geconfigureerde update-instellingen.
• Terugdraaien. Kaspersky Endpoint Security draait de laatste update van de databases en de modules terug.
• Virusscan. Kaspersky Endpoint Security scant de in de taakinstellingen opgegeven computergebieden op virussen en andere bedreigingen.
• Verbinding met KSN controleren. Kaspersky Endpoint Security verstuurt een vraag over de beschikbaarheid van KSN-servers en werkt de status van de verbinding met KSN bij.
• Integriteitscontrole. Kaspersky Endpoint Security ontvangt gegevens over de geïnstalleerde programmamodules op de clientcomputer en scant de digitale handtekening van elke module.
• Accounts in Verificatie-agent beheren. Tijdens de uitvoering van deze taak genereert Kaspersky Endpoint Security opdrachten voor het verwijderen, toevoegen of wijzigen van accounts in Verificatie-agent.

U kunt de volgende acties met taken uitvoeren:

• Taken starten, stoppen, onderbreken en hervatten.
• Nieuwe taken aanmaken.
• Taakinstellingen bewerken.

De rechten voor de toegang tot de instellingen van Kaspersky Endpoint Security-taken (lezen, schrijven, uitvoeren) worden voor elke gebruiker die toegang heeft tot de Administration Server van Kaspersky Security Center gedefinieerd via de instellingen voor de toegang tot de functionele gebieden van Kaspersky Endpoint Security. Om de toegang tot de functionele gebieden van Kaspersky Endpoint Security te configureren, gaat u naar het gedeelte Beveiliging van het venster met de eigenschappen van de Administration Server van Kaspersky Security Center.