Een tracebestand aanmaken

Zo maakt u een tracebestand aan:

1. Open het hoofdvenster van het programma.
2. Klik in het hoofdvenster van het programma op de knop .

   Het venster Support wordt geopend.

3. Klik in het venster Support op de knop Systeemtracing.

   Het venster Informatie voor Technische Support wordt geopend.

4. Schakel het selectievakje Tracing inschakelen in om de tracing te beginnen.
5. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Niveau het traceniveau.

   U wordt aanbevolen om het vereiste traceniveau met een expert van de Technische Support te bespreken. Zonder begeleiding van de Technische Support stelt u het traceniveau in op Normaal (500).

6. Herhaal de situatie waarin het probleem optrad.
7. Om de tracing te stoppen, gaat u terug naar het venster Informatie voor Technische Support en schakelt u het selectievakje Tracing inschakelen uit.

Wanneer het tracebestand is aangemaakt, kunt u de traceresultaten naar de Kaspersky-server uploaden.