Een opdracht voor het aanmaken van een account in Verificatie-agent toevoegen

26 februari 2021

ID 128087

Zo voegt u een opdracht voor het aanmaken van een account in Verificatie-agent toe:

  1. Open het gedeelte Instellingen in het venster Eigenschappen: <naam van taak voor beheer van account in Verificatie-agent>.
  2. Klik op de knop Toevoegen en selecteer in de vervolgkeuzelijst de optie Opdracht voor toevoegen van account.

    Het venster Gebruikersaccount toevoegen wordt geopend.

  3. Geef in het veld Gebruikersaccount toevoegen in het venster Windows-account de Microsoft Windows-accountnaam op die als basis zal worden gebruikt voor het aanmaken van het account voor Verificatie-agent.

    Voer hiervoor de accountnaam handmatig in of klik op de knop Selecteren.

  4. Als u de naam van een Microsoft Windows-account handmatig hebt ingevoerd, klikt u op de knop Toestaan om het beveiligings-ID (SID) van het account te bepalen.

    Als u ervoor kiest om het beveiligings-ID (SID) niet te laten bepalen door op de knop Toestaan te klikken, wordt het ID bepaald wanneer de taak op de computer wordt uitgevoerd.

    De bepaling van het SID van het Microsoft Windows-account tijdens het toevoegen van een opdracht voor het aanmaken van een account in Verificatie-agent is een handige manier om ervoor te zorgen dat de handmatig ingevoerde Microsoft Windows-accountnaam correct is. Als het ingevoerde Microsoft Windows-gebruikersaccount niet bestaat, aan een niet-vertrouwd domein toebehoort of niet op de computer staat waarvoor de lokale taak Encryptie (accountbeheer) wordt gewijzigd, eindigt de taak voor het beheer van accounts in Verificatie-agent met een fout.

  5. Schakel het selectievakje Huidig gebruikersaccount wijzigen in om een eerder gemaakt account met dezelfde naam in Verificatie-agent te vervangen door het nieuwe account.

    Deze stap is beschikbaar als u een opdracht voor het aanmaken van een account in Verificatie-agent toevoegt aan de eigenschappen van een groepstaak voor het beheer van accounts in Verificatie-agent. Deze stap is niet beschikbaar als u een opdracht voor het aanmaken van een account in Verificatie-agent toevoegt aan de eigenschappen van de lokale taak Encryptie (accountbeheer).

  6. Typ in het veld Gebruikersnaam de naam van het account voor Verificatie-agent dat tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven moet worden ingevoerd.
  7. Schakel het selectievakje Verificatie met wachtwoord toestaan in als u wilt dat het programma de gebruiker vraagt om het wachtwoord voor het account van Verificatie-agent in te voeren tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven.
  8. Als u tijdens de vorige stap het selectievakje Verificatie met wachtwoord toestaan hebt ingeschakeld:
    1. Typ in het veld Wachtwoord het wachtwoord van het account voor Verificatie-agent dat tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven moet worden ingevoerd.
    2. Bevestig in het veld Bevestig wachtwoord het wachtwoord van het account voor Verificatie-agent dat tijdens de vorige stap is ingevoerd.
    3. Voer een van de volgende acties uit:
      • Selecteer de optie Wachtwoord bij eerste verificatie wijzigen als u wilt dat het programma de gebruiker vraagt om het wachtwoord te wijzigen wanneer die voor het eerst diens identiteit moet verifiëren voor het opgegeven account in de opdracht.
      • In het andere geval selecteert u de optie Wijziging van wachtwoord niet verplichten.
  9. Schakel het selectievakje Verificatie met certificaat toestaan in als u wilt dat het programma de gebruiker vraagt om een token of een smartcard op de computer aan te sluiten tijdens de verificatie voor de toegang tot geëncrypte harde schijven.
  10. Als u tijdens de vorige stap het selectievakje Verificatie met certificaat toestaan hebt ingeschakeld, klikt u op de knop Bladeren en selecteert u het bestand van het elektronische token- of smartcardcertificaat in het venster Certificaatbestand selecteren.
  11. Typ indien nodig in het veld Beschrijving van opdracht de gegevens van het account in Verificatie-agent dat u nodig hebt voor het beheer van de opdracht.
  12. Voer een van de volgende acties uit:
    • Schakel het selectievakje Verificatie toestaan in als u wilt dat het programma toestaat dat de gebruiker het opgegeven account in de opdracht gebruikt om het verificatievenster in Verificatie-agent te openen.
    • Schakel het selectievakje Verificatie blokkeren in als u wilt dat het programma niet toestaat dat de gebruiker het opgegeven account in de opdracht gebruikt om het verificatievenster in Verificatie-agent te openen.
  13. Klik in het venster Gebruikersaccount toevoegen op OK.

Vond je dit artikel nuttig?
Wat kunnen we beter doen?
Bedankt voor je feedback! Je helpt ons verbeteren.
Bedankt voor je feedback! Je helpt ons verbeteren.